‘Elk kind toegang, tot alle goedgekeurde vaccins’

April 24, 2023

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

‘In Nederland vinden we het belangrijk dat kinderen een gezonde start in het leven krijgen. Vaccinaties tegen besmettelijke infectieziekten horen daarbij. (…) We staan er niet meer bij stil, net zoals we schoon drinkwater uit onze kraan ook heel gewoon vinden. We beseffen dan ook nauwelijks dat het Rijksvaccinatieprogramma tienduizenden ziektegevallen en een aantal doden als gevolg van infectieziekten heeft voorkomen.’ (Rijksvaccinatieprogramma.nl)1

Deze rake woorden, ik kan ze ondertussen haast dromen. Waar ik ook ga of sta, telkens weer ervaar ik persoonlijk hoe belangrijk vaccins zijn, zeker ook voor kinderen. Eerst als arts in het kinderziekenhuis, later als medisch adviseur voor vaccins bij MSD, en tegelijkertijd ook nog als moeder van drie jonge meiden.

“Mama, mag ik die prik?”, vroeg mijn oudste dochter van (toen) zeven, nadat ze achterin de auto op de radio hoorde over de coronavaccins. Ze wilde ook haar bijdrage leveren in de pandemie. Dus stonden we, op de allereerste dag dat het kon, samen in de rij en liepen we van dierenplaatje, naar dierenplaatje, naar het vaccin. En ja, uiteraard krijgen onze meiden ook alle vaccins uit het Rijksvaccinatieprogramma. Je kunt eenvoudigweg niet anders beslissen als je door je werk zo goed geïnformeerd raakt…

Die keuze is snel gemaakt, als je weet dat kindervaccinaties jaarlijks wereldwijd miljoenen levens redden. Als je weet dat niet alleen gevaccineerde kinderen zelf, maar ook mensen in hun omgeving door de vaccinaties beschermd worden tegen de mogelijk ernstige gevolgen van infectieziekten. En als je als arts die gevolgen ook met eigen ogen hebt gezien bij nog heel jonge kinderen, inclusief de enorme impact daarvan op ouders.

Beter informeren

Door mijn werk weet ik dat we het in Nederland al relatief goed doen op het gebied van kindervaccinaties. Een voorbeeld: in tegenstelling tot heel veel andere plekken in de wereld gingen in ons land vaccinaties op de consultatiebureaus en de groepsvaccinaties wel door, ondanks de uitbraak van het coronavirus.2

Maar ik weet ook dat het nóg beter kan. In verhouding tot de totale zorguitgaven zijn de kosten van vaccinatieprogramma’s minimaal en in de laatste jaren voor corona lieten die in ons land zelfs een dalende trend zien.3 Wellicht missen we hier kansen en zouden we, qua uitgaven aan vaccins en de kosteneffectiviteit daarvan, meer kunnen leren van andere landen.4

Ook kunnen we mensen nog beter informeren. Wat lang niet iedereen weet is dat er meer goedgekeurde kindervaccins beschikbaar zijn dan alleen de vaccins die nu via het Rijksvaccinatieprogramma gratis worden aangeboden. Voor jonge kinderen gaat het dan bijvoorbeeld om vaccins tegen Meningokokken B-ziekte, Meningokokken ACWY-ziekte, rotavirus en waterpokken. Gelukkig zal de rotavirus-vaccinatie vanaf medio 2024 aan het Rijksvaccinatieprogramma worden toegevoegd.

Gelijke kansen

Mensen beter informeren is altijd goed met het oog op ieders gezondheid en welzijn, maar ook met het oog op meer kansengelijkheid. Nu bepaalt ‘de plek waar je wieg heeft gestaan’ helaas nog vaak of informatie over beschikbare vaccinaties jou überhaupt bereikt.

Keuzevrijheid is voor mij erg belangrijk, dat staat voorop. Nog los van de vraag of je voor een bepaald vaccin kunt, moet, of wilt betalen, maar iedereen zou wel moeten weten dat er wat te kiezen is.

Een goed initiatief in dit kader komt van het RIVM. Zij informeren het publiek over vaccins buiten het Rijksvaccinatieprogramma via de ‘vaccinaties op maat’-website. Bij MSD, dat onder meer met dank aan de beroemde dr. Maurice Hilleman aan de wieg stond van vele vaccins die de gezondheidszorg veranderden, ondersteunen we dit initiatief van harte!

Nu de coronamaatregelen worden losgelaten zien we een flinke stijging van verschillende infectieziekten. Veel mensen zijn even ziek en daarna weer een stukje weerbaarder. Dat is prima, maar we moeten de meest kwetsbaren, onder wie onze allerjongsten, wel zo goed als mogelijk beschermen tegen ernstige ziekte.

Laten we in dat kader de handen ineenslaan en samen van kindervaccinaties een nog groter succes maken!   

 Dr. Agnes Sonnenschein (LinkedIn)

Bronnen

  1. RIVM – Rijksvaccinatieprogramma (geraadpleegd op 21 maart 2023)
  2. RIVM – Vaccinatiegraad en jaarverslag Rijksvaccinatieprogramma Nederland 2021 (geraadpleegd op 21 maart 2023)
  3. Science Guide – Nederlandse vaccinatieprogramma’s hebben duizenden levens gered (geraadpleegd op 21 maart 2023)
  4. Position paper M. Postma t.b.v. hoorzitting_rondetafelgesprek Vaccineren d.d. 21 januari 2019 (geraadpleegd op 21 maart 2023)

NL-NON-02260 | MSD | Postbus 581 | 2003 PC Haarlem | Tel. 023-5153153 | www.msd.nl | info@msd.nl |

Kanker? Praat erover!

April 12, 2023

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

In 2018 werd bij Ken Driessen een zeldzame vorm van kanker ontdekt. Hij was 22 jaar en belandde in een fysieke én emotionele achtbaan. Vorig jaar werd duidelijk dat hij ongeneeslijk ziek was. Een enorme klap. Maar door er veel over te praten lukte het Ken om positief te blijven. “Mijn leven loopt natuurlijk anders dan ik had gehoopt,” zegt hij, “Juist daarom wil ik alles eruithalen. Ik ben niet bezig met wat allemaal niet kan.”  

Deze mindset gunt hij iedereen. Daarom richtte hij samen met jeugdvrienden Steffan Cox en Vito Smedts de stichting ‘Kankerpraat’ op. De stichting biedt psychosociale hulp en wil graag dat lotgenoten elkaar vinden. “Wat ons werkwijze uniek maakt is dat wij het initiatief voor elk het contact nemen. Zo helpen we veel kankerpatiënten over de drempel.”

“Mijn gezondheid wisselt van dag tot dag. Ik moet zuinig met mijn energie omgaan om te kunnen doen wat ik graag wil doen. En één van die dingen is mijn eigen ervaringen met kanker delen. Zo hoop ik anderen te helpen om beter met de ziekte om te gaan.”

Boegbeeld

Zo ontstond het afgelopen najaar het idee om Stichting Kankerpraat op te richten. “Ken is het boegbeeld van de stichting”, vertelt mede-oprichter Steffan Cox. “Maar kanker komt helaas ook in mijn familie voor, dus toen Ken me vroeg om mee te doen was ik direct enthousiast.“ Ook Vito Smedts twijfelde geen seconde: “Ken en ik kennen elkaar al van kleins af aan, en ik zie hoe zwaar deze ziekte voor hen en zijn familie is. Zowel lichamelijk als mentaal.”

Stichting Kankerpraat benadert kankerpatiënten zelf. Door lotgenoten te bellen – het liefst als ze nog maar net weten dat ze ziek zijn –  is er veel gelegenheid om dingen vooraf te bespreken. “Als je voor het eerst hoort dat je kanker hebt, besef je alles niet direct. Het is zo onwerkelijk,” weet Ken. “Pas later verwerk je alle informatie en daarmee komen veel vragen en emoties naar boven.”

“Bij medische vragen kun je terecht bij de arts of een verpleegkundig specialist. Bij vragen over mentale gevolgen en de onzekerheid die kanker met zich meebrengt, is het prettig om met een lotgenoot te praten.”

Uit een recent onderzoek van de Nederlandse Kanker Federatie (NFK)[1] blijkt dat bijna driekwart van alle kankerpatiënten op enig moment behoefte heeft aan lotgenotencontact. En dat bijna iedereen die contact heeft gehad met lotgenoten, daar veel steun van ondervond, waaronder (h)erkenning, begrip maar ook tips over praktische zaken rondom de diagnose, behandeling en herstel.

Hoe werkt het?

Iemand die gebeld wil worden kan zijn of haar nummer opgeven via het contactformulier op de website van Kankerpraat. Binnen twee weken neemt één van de leden van Kankerpraat telefonisch contact op.

Podcast

Ken deelt zijn ervaringen met kanker ook via een podcast. “De mooie reacties daarop geven me meer energie om van de stichting een succes te maken. Ik zie graag dat Stichting Kankerpraat zo breed mogelijk wordt uitgezet; als een springplank tussen het ziekenhuis en de mens, als ondersteuning van patiënten, ex-patiënten én naasten, jong en oud.”

Waar de drie ook op hopen is dat artsen in ziekenhuizen patiënten op Stichting Kankerpraat wijzen. “We gaan daarover graag met hen in gesprek. Het zou mooi zijn als mensen na een diagnose snel aan lotgenotencontact kunnen deelnemen,” vindt Ken. “Hoe eerder, hoe beter.”  

MSD en Stichting Kankerpraat

MSD ontwikkelt innovatieve behandelmethoden tegen kanker die kunnen bijdragen aan een langer en een beter leven. Kanker heeft een enorme impact op levens, families en de samenleving als geheel. Daarom werken wij samen aan initiatieven van mensen die onze missie delen: het leven van mensen met kanker te verlengen en om de kwaliteit van hun leven waar mogelijk te verbeteren.

[1] Website NFK – Contact met lotgenoten helpt, maar niet iedereen wordt erover geïnformeerd – laatst geraadpleegd op 11-4-2023

diversiteit

“Iedereen heeft onbewuste vooroordelen. Alleen maar goed als je daarop aangesproken wordt”

March 8, 2023

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

Hoe actief draag ík bij aan echte gendergelijkheid? Aan een wereld die echt vrij is van vooroordelen en discriminatie, in al zijn vormen? Op International Women’s Day wordt iedereen uitgedaagd om die vraag voor zichzelf te beantwoorden. Cathelijne Kloks is voorzitter van het MSD Women’s Network in Oss, en is niet bang om zelf ook voor de spiegel te gaan staan.

Toen Cathelijne Kloks een paar jaar geleden na een reorganisatie een opmerking maakte dat er zo weinig vrouwen op haar afdeling werkten, vroeg haar leidinggevende: ‘Misschien wil je daar zelf iets aan gaan doen?’

“Die uitdaging heb ik toen maar opgepakt”, blikt ze terug. “Ik had in mijn loopbaan veel voorbeelden van ongelijkheid of ongewenst gedrag gezien of meegemaakt, ook nog op de universiteit. Dat was voor mij ook wel een trigger om zelf actie te ondernemen.”

Vol activiteitenprogramma
Ze sloot zich aan bij een net opgericht ‘Women’s Network’ op de MSD-site in Oss. “Dat is inmiddels uitgegroeid tot een heel gave groep van enorm enthousiaste vrouwen – en een enkele man.” Het netwerk organiseert inmiddels al enkele jaren  een opvallend uitgebreid en veelzijdig activiteitenprogramma, waar MSD’ers van alle genders aan meedoen. Van workshops Personal Branding tot een micro-agressiequiz, en van Fireside Chats met vrouwelijke leiders tot sessies waarin je je eigen onbewuste vooroordelen leert herkennen. Eerder deze maand werd Cathelijne binnen MSD uitgeroepen tot meest betrokken Women’s Network lid van Europa.

“Dat was een mooi compliment”, lacht ze. “Zeker omdat het al de derde prijs is die we als Women’s Network in Oss hebben binnengehaald. Eerder kreeg een mannelijke collega al een award als ‘krachtigste bondgenoot’. En als chapter kregen we in 2021 nog een prijs voor onze innovatieve events – die inmiddels ook door chapters in veel andere landen worden overgenomen.”

De valkuil van een positief zelfbeeld
Toch is Cathelijne er niet de persoon naar om op haar lauweren te rusten. “De cultuur is echt aan het veranderen, bij MSD en in de maatschappij. Maar er is nog steeds veel te winnen. Ook in Nederland. We hebben hier best een positief zelfbeeld: we denken vaak dat we het heel goed doen op dit vlak. Maar in de praktijk hebben we net zoveel last van onbewuste vooroordelen als mensen elders. Dat positieve zelfbeeld zit ons eigenlijk een beetje in de weg.”

Ze betrekt dat net zo goed op zichzelf. “Als voorzitter van het Women’s Network lig ik wat wat betreft extra onder het vergrootglas, en terecht. Ik maak ook regelmatig fouten, en heb ook mijn onbewuste vooroordelen. Het is alleen maar goed als ik daarop aangesproken word. Niet altijd makkelijk, maar die kwetsbaarheid is belangrijk.”

Cathelijne waardeert het ook als ze die opstelling bij collega’s ziet. “Er zijn best de nodige collega’s die een paar jaar geleden vonden dat je bepaalde dingen als ‘grapje’ gewoon kunt zeggen. Maar nu merk ik vaak dat mensen zichzelf corrigeren, aanvoelen dat iets niet kan. Of daar onzeker over durven zijn en vragen om advies. Terwijl er tegelijkertijd – heel belangrijk – nog steeds genoeg gelachen wordt op het werk.”

Consequente aandacht
Het is één van de voorbeelden die laat zien dat de consequente, positieve aandacht voor gendergelijkheid vrucht afwerpt. “Dit thema krijgt vanuit de top van MSD veel aandacht. Het is expliciet onderdeel van de cultuurwaarden. En er wordt budget voor vrijgemaakt. We mogen hier naast ons dagelijks werk tijd aan besteden.”

Nog een succesfactor: “We hebben binnen MSD nog allerlei andere actieve netwerken, zoals de Rainbow Alliance, Young MSD en een netwerk voor collega’s van Afrikaanse afkomst, LEAD. Sinds kort zijn ert ook netwerken van collega’s met een Aziatische achtergrond, voor collega’s met verschillende religies en een voor collega’s met een beperking. En als netwerken zoeken we elkaar actief op, delen we ideeën, organiseren we samen ook events. Uiteindelijk gaat diversiteit en inclusiviteit over veel meer dan gelijkheid tussen mannen en vrouwen.”

Verder kijken dan m/v
Die insteek zie je terug in het activiteitenprogramma van het Women’s Network. Daar komen collega’s van alle genders op af. “Zo profileren we onze events ook bewust. Aan de ene kant is het belangrijk dat meer vrouwelijke collega’s doorgroeien naar leidinggevende functies. Tegelijkertijd: de zaken die vrouwen kunnen helpen in hun persoonlijke en professionele groei, daar kunnen andere collega’s vaak net zo goed hun voordeel mee doen.”

Hetzelfde geldt voor dingen die vrouwen in de praktijk vaak dwarszitten in hun ontwikkeling. Dat geldt bijvoorbeeld voor ‘imposter syndrome’, het gevoel dat je eigenlijk niet goed genoeg bent voor je werk en elk moment door de mand kan vallen: onderzoek laat zien dat mannen en vrouwen hier evenveel last van hebben.

Cathelijne: “Denk ook aan de mogelijkheid van part-time werken. Mannen ervaren nog steeds de druk van het kostwinnersmodel. Of neem het fenomeen van de ‘moedermaffia’: de druk die je als opvoeder ervaart om de opvoeding volgens een bepaalde norm aan te pakken. Dat soort mechanismen houdt mensen tegen om hun eigen keuzes te maken en vol te houden.”

Zulke patronen helpen doorbreken, daar krijgt Cathelijne veel energie van. “Het is prachtig als je om je heen ziet dat mensen handvatten aanpakken en zichzelf over zulke obstakels heenzetten. Meer vanuit hun eigen kracht gaan leven en werken. Dat motiveert ons enorm om door te gaan!”

HPV

HPV kan ongekend veel ellende aanrichten

March 4, 2023

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

Vandaag, 4 maart, is het HPV Awareness Day. De dag waarop we aandacht besteden aan het humaan papillomavirus (HPV) en alle mensen die er ziek van zijn of werden. Kim Pot (33) uit Nieuwegein kreeg de diagnose baarmoederhalskanker en deelt haar verhaal. “Ik wil vrouwen bewust maken van de mogelijke gevaren van HPV en het belang van het hebben van de juiste kennis benadrukken.”

HPV is de afkorting van humaan papillomavirus, een virus dat verschillende vormen van kanker kan veroorzaken. Jaarlijks gebeurt dit bij zo’n 1.100 vrouwen en 400 mannen1. Kanker aan de mond- en keelholte, vagina, schaamlippen, anus en penis kan hierdoor ontstaan, maar baarmoederhalskanker komt het meest voor.

Baarmoederhalskanker

“Jaarlijks krijgen negenhondervijftig vrouwen te maken met baarmoederhalskanker2”, vertelt Kim. ”Tweehonderd van hen wordt de ziekte fataal2”. Met haar verhaal en website closemetjedoos.nl wil Kim daarom meer bekendheid geven aan HPV. “Baarmoederhalskanker geeft in het begin namelijk vaak geen klachten. Zonder bevolkingsonderzoek wordt het voorstadium van baarmoederhalskanker meestal laat ontdekt. En dat maakt de behandeling moeilijker en zwaarder.”

Vrouwen tussen de 30 en 60 jaar krijgen iedere vijf jaar een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek. “Tegen hen wil ik zeggen: Ga erheen. Laat de kans om te ontkomen aan baarmoederhalskanker niet aan je voorbij gaan. Win informatie in en zorg dat je meedoet aan het bevolkingsonderzoek. Daarnaast kun je je ook preventief laten vaccineren tegen HPV.”

Slecht nieuws

Uit ervaring weet Kim wat HPV voor ellende kan aanrichten. In het najaar van 2020 vindt ze een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek op de deurmat. Zonder er bewust over na te denken, maakt Kim een afspraak voor het uitstrijkje. Niet lang daarna belt de huisarts haar vier keer, maar ze mist de oproepen. “Ik belde terug en de huisarts zei dat er sprake was van ernstig afwijkende cellen veroorzaakt door HPV. Diezelfde middag zat ik voor aanvullend onderzoek in het ziekenhuis bij de gynaecoloog. Er kon nog niet worden bevestigd dat het kanker was, maar de arts vermoedde toen al dat het foute boel was.”

Opereren
Voor scans, lichameljk onderzoek en het afnemen van een biopt, werd Kim doorverwezen naar een academisch ziekenhuis. De uitslag van de patholoog bevestigde de diagnose baarmoederhalskanker. “De behandelend arts legde uit dat er tijdens een operatie een deel van de baarmoederhals verwijderd zou worden. Dat was veel informatie ineens. Mijn emoties drukte ik weg om me volledig te kunnen richten op de behandeling. De rest volgde later wel.”

Heftig besluit
De operatie verloopt voorspoedig. Maar uit het weefselonderzoek blijkt dat de kanker dieper zat dan gedacht; de snijranden waren niet schoon. De behandelend arts vertelt Kim dat ze een tweede keer onder het mes moet, omdat er een kans op uitzaaiingen is. “Tijdens de operatie is de rest van de baarmoederhals, samen met de eileiders, baarmoeder en lymfeklieren verwijderd. Na de ingreep was het wachten op de onderzoeksuitslag opnieuw spannend. Uiteindelijk kwam het verlossende antwoord: ik was schoon en vrij van kanker.”

Na kanker
Voor Kim betekent dit het einde van vier maanden die bol stonden van onderzoeken, uitslagen, behandelingen en controles. “In september bleek ik ziek en in december werd ik genezen verklaard. Toen kwam de klap. Ik voelde me leeg, onzeker over mijn lijf en toekomst en was angstig. Ik wist niet goed hoe ik verder moest met mijn leven. Voordat ik kanker kreeg, had ik geen kinderwens. En na kanker wilde ik nog steeds geen moeder worden. Maar toch is er soms een vlaag van boosheid over de oneerlijkheid van het leven, omdat het voor mij niet meer op een natuurlijke manier mogelijk is.”

Nieuw geluk
Door oncologische revalidatie onder begeleiding van verschillende paramedici vindt Kim de weg langzaam weer terug omhoog. “Ik heb nog steeds gesprekken met de psycholoog, puur om mijn leven op de rit te houden. Kanker is nog aanwezig in mijn leven, zonder dat ik ziek ben. In de eerste twee jaar na genezing heb je om de drie maanden controles en dan nog eens gedurende drie jaar elk halfjaar. Daardoor ben ik niet helemaal onbezorgd, maar toch kan ik gelukkig weer genieten van het leven. Bewustwording creëren over HPV bij vrouwen, vind ik ontzettend belangrijk. Als ik met mijn verhaal ook maar één iemand kan bewegen tot het laten maken van een uitstrijkje of het halen van de vaccinatie, dan ben ik blij.”

  1. RIVM – feiten en cijfers (geraadpleegd op 27 februari 2023)
  2. KWF (geraadpleegd op 27 februari 2023)

NL-NON-02241 | MSD | Postbus 581 | 2003 PC Haarlem | Tel. 023-5153153 | www.msd.nl | info@msd.nl |

Oncologische zorg: Nederland kán tot de wereldtop behoren

February 9, 2023

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

In ‘Medisch Specialist’, het vakblad van de Federatie Medisch specialisten, merkte minister Ernst Kuipers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport onlangs op dat Nederland qua zorguitkomsten in Europa gemiddeld scoort, soms zelfs nog slechter. Hij zegt: “Je zou verwachten dat onze oncologische zorg in de top van Europa zou staan, met de beste specialisten, de nieuwste therapieën met innovatieve technologie. Toch vind je ons land niet terug in de top vijf, als we naar tal van uitkomsten kijken.”

Wat is het predicaat topzorg dan nog waard, vraagt de minister zich af in het interview. Dat raakt mij, ook omdat mijn team en ik iedere dag doen wat we kunnen om het leven van mensen met kanker te redden of te verbeteren. En omdat we dagelijks in contact staan met topspecialisten die het beste willen doen voor hun patiënten. Het raakt me, omdat we meer willen én kunnen doen, net zoals in die andere Europese landen die nu beter ‘scoren’. Nederland heeft, werkelijk waar, alles in huis om tot de absolute wereldtop te behoren als het gaat om uitkomsten van oncologische zorg.

Hoopgevend

Gelukkig liggen er allerlei maatregelen binnen handbereik, zoals bescherming tegen het humaan papillomavirus (HPV). Laten we nog steviger inzetten op screening en het verhogen van de vaccinatiegraad zodat we HPV-gerelateerde kankers hopelijk kunnen elimineren.

Ook kunnen we ervoor zorgen dat Nederlandse vrouwen met borstkanker toegang krijgen tot meer innovatieve én in Europees verband al goedgekeurde behandelingen. Waarom heeft een Nederlandse vrouw met borstkanker op dit moment nog niet dezelfde toegang als een Belgische of Duitse tot bepaalde behandelingen? Waarom regelen we dit niet beter?

Dit zijn vragen die mij ’s nachts wakker houden. En als ik dan slaap, dan droom ik over hoe het wel moet: de juiste behandeling, voor de juiste patiënt, op het juiste moment. In de wetenschap dat er in 2023 opnieuw veel oncologische innovaties goedgekeurd zullen gaan worden waarmee patiënten steeds vroeger in hun ziekte geholpen kunnen worden…

Geld, transparantie, vertrouwen

Geld is een belangrijke reden dat behandelingen nog niet beschikbaar zijn. Ook gaat het over transparantie en vertrouwen. Eerst het geld. De groep ‘zieksten der zieken’ is veel kleiner dan de groep mensen met vormen van kanker in vroegere ziektestadia met betere vooruitzichten. Nog veel groter is de groep bij wie we vormen van kanker willen voorkomen. Juist omdat er steeds meer en steeds betere behandelingen en vaccins goedgekeurd worden voor deze grotere groepen, is er angst voor een tsunami aan zorgkosten. Begrijpelijk. Maar ook terecht? De gezondheidseconoom zal zeggen: kijk naar wat het kost én naar wat het uiteindelijk oplevert. Wees niet ‘verkeerd zuinig’: geld voor innovaties is een investering vooraf.

Dan transparantie. We lezen in de krant dat ons gezondheidszorgsysteem op instorten staat. Onbetaalbaar. Onuitvoerbaar, omdat straks één op drie mensen in de zorg moet werken.[1] Een systeemtransitie is inderdaad nodig. Wat mij betreft begint die met meer transparantie over alle geldstromen in de zorg. Breedgedeelde kennis over hoe die lopen, leidt immers tot meer begrip. Verschillende partijen werken nu aan een nationaal kankerplan. Als we daarin de patiënt echt centraal zetten, dan zetten we stappen in de goede richting.

Tot slot kunnen we werken aan vertrouwen. Of beter gezegd: het vaak nog ontbrekende vertrouwen om geneesmiddelenbedrijven te betrekken bij oplossingen voor problemen in de zorg. Als buitenlandse inwoner van dit land blijft het wonderlijk om te zien hoezeer die vertrouwensband in Nederland anders is dan in andere landen. Bij MSD, één van de allergrootste innovatieve gezondheidsbedrijven ter wereld, hebben we bijvoorbeeld een wereldwijde schat aan kennis en data over oncologie. En die kennis delen we graag, als stukje van de puzzel, met alle partijen.

Kan Nederland het beter doen voor haar burgers met kanker? Het antwoord is natuurlijk ‘ja’. Laten we allemaal bijdragen aan een Nederland dat het predicaat ‘topzorg’ weer dubbel en dwars verdient.

Justin Gandy, Executive Director Business Unit Oncology, MSD Nederland

NL-NON-02206

‘Elke vermoeide (ex-)kankerpatiënt is er één te veel’

February 1, 2023

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

Vermoeidheid is de meest voorkomende bijwerking bij kanker1. Nog meer dan misselijkheid, pijn, angst of somberheid. Honderdduizenden (ex-)kankerpatiënten hebben er last van. De vermoeidheid kan bovendien lang aanhouden en een grote impact hebben op je levenskwaliteit. Psycho-oncoloog Bram Kuiper, CEO en oprichter van Tired of Cancer, heeft als missie om bij te dragen aan meer energie én levensgeluk voor mensen die hier last van hebben.

Van Utrecht naar Parijs

Hoeveel mensen er in Nederland zijn die leven met vermoeidheid bij of na kanker? “Dat zijn er écht veel meer dan je denkt: maar liefst 350.0001. Als ze allemaal naast elkaar zouden staan en elkaar een hand zouden geven, zouden ze een rij kunnen vormen van de Dom in Utrecht tot aan de Eiffeltoren in Parijs. Op volle vaart doet Max Verstappen er zeker een uur over om die rij langs te rijden,” aldus Bram Kuiper.

“Het vervelende van vermoeidheid bij of na kanker is dat het bijna altijd op onverwachte momenten opduikt en lang kan blijven hangen. En je voelt je ook niet ‘zomaar even moe’. Je kunt je van het ene op het andere moment opeens volledig lichamelijk en geestelijk uitgeput voelen” legt hij uit.

“Het kan zelfs zo zijn dat je door de vermoeidheid niet meer in staat bent om je normale dagelijkse leven te leiden. Dat je niet meer kunt werken, geen boodschappen kan doen, niet meer aan hobby’s toekomt en niet meer met vrienden kunt afspreken.”

Geen wondermedicijnen

“Misschien is het daarbij zo dat je het idee hebt dat je maar met deze vermoeidheid moet leren leven, omdat je allang blij mag zijn dat je er nog bent nadat je de diagnose kanker kreeg. Of dat het er gewoon bij hoort en je er niet over moet klagen. Of dat je pech hebt, omdat er nu eenmaal geen medicijnen tegen vermoeidheid bij kanker bestaan.”

Dat laatste klopt, zegt Kuiper, als je vermoeidheid geen aanwijsbare medische oorzaak heeft zoals bloedarmoede of nierfalen. Als zo’n oorzaak er niet is bestaan er inderdaad geen wondermedicijnen. Maar dat wil niet zeggen dat jij je er bij neer moet leggen dat je ernstig vermoeid bent en niet meer kunt doen wat je graag wil doen.

Als hulpmiddel ontwikkelde hij samen met zijn collega’s de Untire app. “Onze app kan wel degelijk helpen om meer energie te krijgen en te behouden. Untire is een vriendelijk en toegankelijk digitaal programma. Het bevat een zelfmanagement (simpel gezegd, een doe-het-zelf) programma dat je helpt fysiek en mentaal zo actief mogelijk te zijn. Ook krijg je tips en oefeningen aangereikt om aan je energiebalans te werken,”aldus Kuiper.

Voor iedereen

Untire is er voor iedereen is, ongeacht leeftijd, geslacht, diagnose, behandelfase of prognose. Untire bevat informatie over veel voorkomende thema’s die een rol kunnen spelen bij vermoeidheid, zoals angst, bezorgdheid, grenzen, slaap, voeding en zelfzorg.

“Je krijgt meer inzicht in je energiebalans. Wat mooi is aan het programma is dat je Untire in je eigen tijd en tempo kunt gebruiken. Beetje bij beetje kan je energie én je levensgeluk toenemen.”

“Je hoeft je er niet bij neer te leggen dat je ernstig vermoeid bent en niet meer kunt doen wat je graag wil doen.”
Bram Kuiper

Hij vervolgt: ‘Untire was afgelopen zes maanden mijn beste vriendin’. Dat vertelde een vrouwelijke gebruiker (49 jaar) van onze Untire-app mij vorige maand. Dat kan ik goed begrijpen. Ze heeft de app een tijdlang regelmatig gebruikt. Inmiddels is Untire voor haar meer een kennis. Iemand die ze alleen nog af en toe ‘ziet’.

Dat past precies bij wat Bram en zijn collega’s voor ogen hebben. “De vermoeidheid waar mensen mee kampen, zal misschien nooit helemaal verdwijnen. Maar mensen leren er wel veel beter mee leven en hebben er minder last van. Velen hebben op den duur meer energie en levensgeluk dan voordat ze met Untire begonnen. Dat hebben we in een groot wetenschappelijk onderzoek ook aangetoond2.”

Kuiper en zijn collega’s bij Tired of Cancer werken samen om de app steeds verder uit te laten groeien. “Het geeft me grote voldoening dat ik samen met mijn collega Door Vonk aan de wieg heb gestaan van Untire. Wereldwijd zijn er al tienduizenden gebruikers, waarvan een groot deel in Nederland. Hopelijk worden het er steeds meer. En groeit alom het besef dat elke vermoeide (ex-)kankerpatiënt er één te veel is.”

Meer informatie over de Untire app is te vinden op untire.me


1 Wang XS, Zhao F, and Fisch MJ, et al (2014) Prevalence and characteristics of moderate to severe fatigue: a multicenter study in cancer patients and survivors Cancer 120(3) 425–432

2 Kuiper, A. J., Wolvers, M., Vonk, D., & Hagenbeek, A. (2018). Untire: an all-embracing self-management eHealth program to cope with cancer-related fatigue. Ecancermedicalscience, 12, ed81. doi:10.3332/ecancer.2018.ed81

NL-NON-02142

bedrijfsinformatie

Passende zorg voor patiënten met een migratieachtergrond is ‘cultuursensitief’

January 20, 2023

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

Dat is één van de interculturele dilemma’s in ons nu nog puur op Nederlandse normen en waarden ingerichte zorgsysteem. Barbara Nieuwenhuijs, werkzaam bij MSD Nederland, benadrukt het belang van gelijke toegang tot goede zorg.

“Passende zorg gaat ook over het verkleinen van gezondheidsverschillen. Want zeg nou zelf: in ons land zou iedereen toch op dezelfde manier toegang moeten hebben tot de best mogelijke zorg? De praktijk leert alleen dat dat nog lang niet het geval is. En wat is goede zorg? Voor iemand met een migratieachtergrond kan goede zorg iets heel anders betekenen dan voor mij…”

Wil je meer lezen? Lees dan verder op de website van Qruxx

bedrijfsinformatie

Zo veel als nodig, zo lang als nodig

December 21, 2022

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

Mectizan Donation Program

Twintig jaar geleden begon ik bij MSD – als senior microbioloog in South Granville, Australië. Sindsdien heb diverse rollen in allerlei landen vervuld, verschillende culturen ervaren en aan uiteenlopende dingen gewerkt. Eén ding vormt een rode draad door dit alles: de toewijding van al mijn collega’s aan onze missie om levens te redden en te verbeteren, waar ter wereld ze zich ook bevinden.

Dit najaar ben ik gestart als manager van de productielocatie van MSD in Haarlem. Toen ik begon wist al een aantal dingen over deze locatie. Bijvoorbeeld dat het een van de expertisecentra van MSD is voor het verpakken van innovatieve medicijnen en vaccins. Of dat het een logistieke hub is voor de distributie naar meer dan 140 landen. Wat ik eerder niet wist is dat Haarlem wereldwijd ook de enige plek is waar Mectizan wordt gemaakt: een middel dat voorkomt dat miljoenen mensen ernstig ziek worden door rivierblindheid en olifantsziekte.

Dit jaar viert het Mectizan Donation Program zijn 35e verjaardag. Het programma is opgericht in 1987 en is het langstlopende programma voor het doneren van medicijnen voor vergeten tropische ziekten. Het programma werkt samen met partners in meer dan 45 landen in Afrika, Latijns-Amerika, het Caribisch gebied, het Midden-Oosten, Zuidoost-Azië en de westelijke Stille Oceaan aan een toekomst zonder rivierblindheid (onchocerciasis) en lymfatische filariasis (LF of elephantiasis).

Twee uiterst ziekmakende infectieziekten, die voorkomen in veel van de armste gebieden op aarde. Rivierblindheid is al eeuwenlang een groot gezondheidsprobleem rond de evenaar. Pogingen om dit probleem aan te pakken begonnen in de jaren 70 van de vorige eeuw. MSD beschikte toen al over ivermectine – de werkzame stof in Mectizan – om dieren te behandelen, maar voor zover toen bekend werkte dat niet tegen parasitaire infecties bij mensen. Totdat William Campbell van MSD in 1978 ontdekte dat ivermectine effectief was bij rivierblindheid. Tests bevestigden dat één tablet per jaar voldoende zou kunnen zijn om de ziekte onder controle te houden en Campbell won later de Nobelprijs voor deze ontdekking.

Destijds liepen 100 miljoen mensen gevaar die geholpen konden worden met Mectizan, maar al snel werd duidelijk dat mensen in deze arme landen de medicijnen nooit zouden kunnen betalen. Roy Vagelos, destijds CEO van MSD, besloot daarom om Mectizan kosteloos beschikbaar stellen volgens het motto ‘zo veel als nodig, zo lang als nodig’.

Die belofte houdt stand: vandaag de dag werkt een zeer toegewijd en loyaal team van MSD Haarlem-collega’s nog steeds aan de productie van meer dan 1 miljard (!) Mectizan-tabletten per jaar, bestemd voor het Mectizan Donatie Program. Deze Haarlemse pillen bereiken nu gemiddeld drie miljoen mensen per jaar. Helpt dat ook echt? Ja, want we liggen op koers om in 2030 beide ziekten wereldwijd uitgebannen te hebben.

Het maakt me trots om te werken voor een bedrijf dat zo’n enorme wereldwijde impact heeft. En ik ben nederig dat ik de kans krijg om ons Haarlemse productieteam te leiden. Samen maken we echt het verschil voor de wereldwijde gezondheid van mensen. En ook in de toekomst blijven we gefocust op dat doel, zo lang als nodig is.

Frank Lentini, plantmanager, MSD Haarlem

MSD Nederland publiceert ESG-brochure

December 15, 2022

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

Op donderdag 15 december publiceerden we onze nieuwe ESG-brochure met een overzicht van onze activiteiten op het gebied van Environmental, Social en Governance. Centraal staat alles wat MSD in Nederland doet op het gebied van toegang tot gezondheid, welzijn van medewerkers en duurzaamheid.

De eerste gedrukte exemplaren werden tijdens een feestelijke bijeenkomt overhandigd aan Arthur van Dijk (Commissaris van de Koning in de Provincie Noord-Holland), Robbert Berkhout (Wethouder Economische Zaken en Duurzaamheid in Haarlem) en Angelica Setiaman (Groene Zorg Alliantie).

‘Bij MSD redden en verbeteren we levens over de hele wereld dankzij baanbrekende wetenschap. En bij een groot bedrijf horen grote verantwoordelijkheden. Daarom hebben we een wereldwijde ESG-strategie die is gericht op het creëren van duurzame waarde. Voor ons bedrijf en voor de samenleving waarin we opereren’, aldus Leo Mallmann, directeur van MSD Nederland. ‘Met deze brochure laten we zien hoe we daar met ruim 5.000 MSD’ers in Nederland dagelijks mee bezig zijn.’

De ESG-brochure biedt een uitputtend overzicht van alle activiteiten van MSD. Zo worden niet alleen de strategie en toegevoegde waarde beschreven, maar wordt er ook aandacht besteed aan concrete initiatieven zoals het Mectizan donatieprogramma en MSD for mothers. Op het gebied van welzijn van medewerkers is er veel aandacht voor het stimuleren van vrijwilligerswerk en de activiteiten op het gebied van Diversiteit en Inclusie.

Een belangrijk deel van de brochure is gewijd aan duurzaamheid. De brochure legt uit hoe MSD in Nederland toewerkt aan CO2-neutrale productie, duurzaam watergebruik en circulariteit. ‘Bij MSD is hoe we dingen doen net zo belangrijk als wat we doen’, aldus Mallmann, ‘met deze brochure maken we ook dat deel transparant en inzichtelijk’.

Meer weten? Bekijk de MSD Nederland ESG-brochure

Nederlandse MSD’ers ontwerpen distributiecentrum voor medicijnen in Burkina Faso

December 6, 2022

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

Bijschrift: Naast Aernout (links op de foto) bestond het team uit Erik van Asselt (MSD Haarlem), die binnen de kwaliteitsorganisatie van MSD onder meer gespecialiseerd is in gekoelde distributieketens. Ook sloten collega’s met engineering-expertise aan vanuit MSD Animal Health Boxmeer: Roel Ketelaars (Utilities) en Ruud Janssen (Project management). Jimmy de Blouwe (Warehouse manager Biotech Oss) zorgde voor kennis vanuit operations.

Medicijnen maken en wereldwijd leveren, dat is bij MSD de kern van ons dagelijks werk. Maar wat doe je als in een ontwikkelingsland de distributie van medicijnen dreigt te stokken, vanwege brand in een centraal magazijn? Vijf Nederlandse MSD-ers reisden naar West-Afrika om een nieuw magazijn te helpen ontwerpen. “Uiteindelijk heeft ons werk alleen zin als medicijnen daadwerkelijk bij de patiënt terechtkomen.”

Tussen MSD in Nederland en de gezondheidszorg in West-Afrika lopen al langer lijntjes. De afgelopen jaren brachten kort na elkaar drie Nederlandse MSD’ers tijd in Afrika door bij het African Resource Centre (ARC). Deze NGO bemiddelt tussen overheden, bedrijven en internationale donoren, om de beschikbaarheid van belangrijke medicijnen in de betreffende landen te verbeteren.

Hoe kwamen ze daar terecht? “MSD heeft een intern programma – Fellowship for Global health – waarmee collega’s enkele maanden full-time een concreet project voor een NGO kunnen doen”, zegt Aernout Zwinkels (MSD Oss), die in 2017 drie maanden voor ARC werkte en sindsdien altijd contact gehouden heeft.

Zijn tijd in Afrika maakte indruk: “Je wordt je ervan bewust hoeveel werk er te doen is. In een land als Burkina Faso komen grote ladingen medicijnen binnen die door hulporganisaties gedoneerd worden. Die goed en tijdig distribueren, tot in de meest afgelegen plekken van het land is een enorme uitdaging. Zeker om dat onder de juiste condities te doen. Wij kunnen op dat punt zó veel waardevolle kennis delen.”

Op die kennis werd eerder dit jaar een beroep gedaan. ARC nam contact op met Aernout nadat in Burkina Faso een centraal magazijn voor de distributie van medicijnen in vlammen was opgegaan.

Aernout zelf was enkele jaren geleden bij Biotech Oss als projectleider verantwoordelijk voor ontwerp en bouw van een modern warehouse, dus zijn vingers jeukten om te helpen. “MSD biedt ook de mogelijkheid om tijd vrij te maken voor projecten op het gebied van Corporate Resonsibility, dus ik heb dit snel aangevraagd en heb collega’s uit verschillende disciplines gevraagd om aan te haken. En uiteraard goed afgestemd met onder andere het Fellowship for Global Health.”

En zo vertrok onlangs een vijfkoppig team naar West-Afrika (zie de foto). Ze hadden een week ter beschikking, en haalden in nauwe samenwerking met MSD-collega’s op afstand, ARC en andere contacten in Afrika alles uit de beschikbare tijd. Aan het einde van de week lag er een compleet AutoCad-ontwerp voor een modern magazijn van 3.000 m2. Met ruimte voor 4.000 pallets medicijnen, die allemaal op de juiste temperatuur kunnen worden opgeslagen.

Het ontwerp is toegesneden op de logistieke stromen ter plekke, en is gebaseerd op dezelfde techniek als het warehouse bij Biotech Oss. Burkina Faso kan nu lokale partijen contracteren om het ontwerp in detail uit te werken en het uiteindelijk door een lokale aannemer te laten bouwen. Ook voldoet het – uiteraard – aan alle eisen van de World Health Organization. En omdat de zon er altijd schijnt, stelde het team voor om het magazijn te voorzien van circa 800 zonnepanelen.

En dat is niet alles, zegt Aernout. “We hebben ook gesproken over hoe je de hele distributieketen van medicijnen in Burkina Faso naar een hoger plan kunt tillen. Er liggen namelijk kansen om die hele distributie veel sneller en efficiënter te maken.”

Ook daarvoor werd weer expertise van elders betrokken. MSD en ARC hadden contacten in Zambia, waar al een paar jaar geleden het hele distributiemodel is versimpeld. “Vroeger ging het daar net als in de meeste Afrikaanse landen: vanuit het centrale magazijn gingen producten eerst naar afzonderlijke regio’s, van daaruit naar een heel netwerk van regionale distributiecentra, en van daaruit weer naar talloze kleine klinieken en gezondheidsposten.”

Dat model is niet optimaal. “Er zijn heel veel schakels in de keten. Je moet heel veel magazijnen beheren, waar het vaak heel lastig of zelfs ondoenlijk is om medicijnen op de juiste temperatuur te bewaren. En die vaak allemaal hun eigen IT-systemen hebben. Dan liggen er soms hele partijen op transport te wachten, in verre van ideale omstandigheden.”

In Zambia is een hele tussenlaag van distributiecentra verdwenen. “Alles gaat daar nu vanuit één, modern magazijn rechtstreeks naar zes regionale DC’s en van daaruit naar de eindgebruikers. En de informatiestromen verlopen via één, geïntegreerd ICT systeem. Dat is veel sneller en je houdt meer grip op de kwaliteit van producten. Voor Burkina Faso zou dit ook mogelijk zijn. En we hebben in het ontwerp van het centrale magazijn daar al rekening mee gehouden. Want als je het distributiemodel wilt aanpassen, dan is de bouw van een nieuw centraal magazijn natuurlijk hét moment om daar goed over na te denken.”

Al met al was het een intensieve week. “Fysiek waren we behoorlijk op, maar tegelijkertijd geeft het enorm veel energie. Het samenwerken als MSD-team, maar ook met al die gedreven mensen uit Burkina Faso, Senegal, Mali, Zambia, Zuid-Afrika, US, uiteindelijk zaten we met wel zes nationaliteiten in één zaal! En de impact van wat we konden doen. Het leveren van medicijnen is al mooi werk, maar uiteindelijk gaat het erom dat ze bij de patiënt komen. Het is prachtig dat we ook dat vanuit MSD kunnen ondersteunen.”