bedrijfsinformatie

“Klinisch onderzoek? Als klein land mogen we echt groter denken”

July 2, 2021

Share this article

Facebook icon

.st0{fill:#00857C;} Twitter icon

Linkedin icon

Email icon

Gelukkig is er licht aan het einde van die lange, donkere coronatunnel. Maandenlang zei onze overheid: ‘Alleen samen krijgen we corona onder controle’ en dat was de spijker op z’n kop. Neem het klinisch onderzoek naar de coronavaccins die ons nu uit deze crisis leiden. Mede dankzij alle Nederlanders die vrijwillig meededen aan studies, en dankzij een daadkrachtige overheid die meehielp om studies sneller dan ooit op te starten, profiteren we nu al van goedgekeurde vaccins.

Ging het in Nederland altijd maar zo goed en snel met klinisch onderzoek naar nieuwe, innovatieve geneesmiddelen en vaccins. Dat moet ook kunnen, want in principe staan alle seinen op groen om Europees koploper op dit gebied te worden, als onderdeel van ons eigen ‘Boston aan de Noordzee’[1].

Wereldniveau

De in Nederland aanwezige wetenschappelijke kennis is van wereldniveau en speelt een belangrijke rol bij medische innovaties. Om COVID-19 te voorkomen, maar bijvoorbeeld ook om vormen van kanker, infectieziekten en auto-immuunaandoeningen te behandelen. Onze lokale infrastructuur is uitmuntend en datzelfde geldt voor onze internationaal geroemde ziekenhuizen en artsen. We hebben een uitgebreid ecosysteem van bedrijven die klinisch onderzoek initiëren en begeleiden. Veertien universiteiten, acht universitaire medische centra, ruim 200 publiek-private partnerships…

Toch loopt Nederland (3,2) achter op landen als Denemarken (10,6) en België (6,2), als het gaat om het aantal lopende klinische studies per 100.000 inwoners.[1] En ook al waren er 251.553 Nederlanders die in 2020 heel belangrijk waren als beoogd proefpersoon[2], toch is dat aantal lager dan in andere Europese landen met een vergelijkbaar inwoneraantal. Waar gaat het mis? Waarom benutten we als land onze mogelijkheden (nog) niet optimaal?

Tel uit je winst

Aan het belang van de zaak ligt het niet. Als vierjarig jongetje kreeg ik leukemie. Had ik toen niet kunnen deelnemen aan een klinische studie, dan was ik er nu niet meer geweest. Duidelijker kan ik het belang voor patiënten niet onder woorden brengen. Nu ben ik Clinical Research Director bij MSD en ervaar ik iedere dag hoe belangrijk klinisch onderzoek in eigen land is, niet alleen voor patiënten, maar ook voor Nederlandse artsen en onderzoekers, én voor onze economie.

Artsen maken kennis met de meest innovatieve behandelingen en vergroten zo hun medische expertise. Onderzoekers vergaren kennis en wetenschappelijk inzichten voor volgende innovaties. De economie krijgt een impuls door investeringen van geneesmiddelenbedrijven. Meer hoogwaardige werkgelegenheid, een aantrekkelijker vestigingsklimaat, meer gezondheid: tel uit je winst als Nederland koploper zou zijn in de Europese eredivisie van het klinisch onderzoek!

Zit dat erin? Jazeker! Veel winst valt bijvoorbeeld nog te behalen met betere informatievoorziening. Richting artsen én richting potentiële studiedeelnemers. Ook kunnen we het onszelf makkelijker maken om nieuwe studies sneller op te starten. Laten we om te beginnen leren van corona en met alle betrokken partijen in het klinisch onderzoeksveld diezelfde daadkracht tonen. Maar laten we ook leren van de landen om ons heen. Van de geslaagde publiekscampagne ‘2031 heeft jou nodig’[1] van de Belgen. Of van het nationaal patiëntregister van de Denen.

Nieuwe Europese wet

Een kans voor open doel is de komst van de zogenoemde European Clinical Trial Regulation (EU CTR). Met het van kracht worden van de EU CTR verandert in 2022 de procedure voor het opstarten en indienen van nieuwe studies, met als doel het vereenvoudigen en versnellen van klinisch geneesmiddelenonderzoek binnen de Europese Unie. Nu moet het gebeuren. Nu moeten alle betrokkenen – overheid (VWS, CCMO), ziekenhuizen, farmabedrijven en anderen – de handen ineenslaan, zodat Nederland vanaf  januari 2022 optimaal profiteert van deze nieuwe wet.

We zijn maar een klein landje, maar we mogen echt groter denken. Alle krachten bundelen, aangevoerd door een overheid die meer stelling mag nemen, in het belang van haar burgers en bedrijven. Want een optimaal lokaal klimaat voor klinisch onderzoek, ook dat krijgen we alleen samen onder controle.

Want een optimaal lokaal klimaat voor klinisch onderzoek, ook dat krijgen we alleen samen onder controle.

Arjan Ooms (MSc)

Clinical Research Director, MSD Nederland
klinisch onderzoek

Bij geneesmiddelenonderzoek telt ieder detail

May 28, 2019

Share this article

Facebook icon

.st0{fill:#00857C;} Twitter icon

Linkedin icon

Email icon

“De zoektocht naar een nieuw geneesmiddel of vaccin staat of valt met goed uitgevoerd klinisch onderzoek naar de werkzaamheid en veiligheid van het middel bij mensen. Met tientallen collega’s in Nederland leiden wij klinische studies in goede banen en we doen dat in nauwe samenwerking met artsen en studiepersoneel. Onze bijdrage aan gezondheid is altijd gericht op innovatie en dichtbij de patiënt. Dit is het werk dat ik wil doen, hier wil ik zijn!”

Karen van den Nieuwendijk wilde als net afgestudeerd biofarmaceutisch wetenschapper praktisch werk doen, in de buurt van de mensen waar het om gaat. “Al snel wist ik precies wat ik wilde: voor een geneesmiddelenontwikkelaar werken op het gebied van klinisch onderzoek.”

MSD Nederland draagt bij aan vele internationale studies. Deelname aan dergelijke studies is niet vanzelfsprekend en hangt af van verschillende factoren. Zijn er bijvoorbeeld genoeg patiënten om te includeren in een studie? En hebben we de gewenste expertise in ziekenhuizen?

Nederland heeft een uitstekende naam als het gaat om klinisch onderzoek. We krijgen dan ook regelmatig studies toegewezen vanuit het hoofdkantoor, onder meer op het gebied van oncologie, neurologie, hart- en vaatziekten en hepatitis C.

Spannend

In de studies die ik nu ondersteun worden behandelingen onderzocht voor mensen met kanker. Eerder had ik ook een studie naar de ziekte van Alzheimer in mijn pakket. Die is helaas gestaakt, maar MSD geeft niet op. Kanker, de ziekte van Alzheimer: ik vind het een voorrecht dat ik mee mag werken aan het onderzoek naar behandelingen voor dit soort serieuze aandoeningen.

Ik volg nu het ziekteverloop bij mensen met longkanker of huidkanker die eerder meededen aan studies. Ziekenhuismedewerkers moeten ieder kwartaal data invoeren over hoe het met een patiënt gaat. Ik controleer of dat goed gebeurt. Daar moet ik nauwlettend op toezien, want op basis van de data worden conclusies getrokken. Deze ‘overall survival’-data is cruciale informatie om aan te kunnen tonen dat een geneesmiddel effectief is.

Ook onderzoeken we nu een nieuw middel voor de behandeling van kanker. Bestudeerd wordt hoe dit kandidaat-geneesmiddel door het menselijk lichaam wordt verdragen. Dat gebeurt onder meer met ‘dosisescalatie’: stapje voor stapje wordt de dosering van het geneesmiddel verhoogd om te kunnen bepalen welke dosering nog veilig is en goed getolereerd wordt. Elk stapje omhoog is spannend en de uitkomst komt altijd snel. Direct resultaat dus en dat maakt het extra boeiend.

Cruciaal

Ooit werkte ik in de vliegtuigbouw. Dat werk wordt vaak vergeleken met geneesmiddelenonderzoek. En terecht. Ieder detail telt, niets mag over het hoofd worden gezien, als het gaat om de gezondheid en veiligheid van mensen. Onderzoek doen naar innovatieve geneesmiddelen is niet alleen investeren in gezondheid nu, maar ook in de veiligheid van anderen, straks.”

"Onze bijdrage aan gezondheid is altijd gericht op innovatie en dichtbij de patiënt. Dit is het werk dat ik wil doen, hier wil ik zijn!”

Karen van den Nieuwendijk

Clinical Research Associate bij MSD in Haarlem