one health

Samen handen en klauwen geven aan One Health

June 28, 2021

Share this article

.st0{fill:#00857C;}

Het was vorig jaar wel even schrikken voor de gemiddelde katten-, nertsen- of vleermuisliefhebber, toen bleek dat het knuffelen, dragen of eten (!) van dieren niet zonder risico is. Opeens lag het veelbesproken zorgthema One Health – één overkoepelende gezondheidsaanpak waarin mens, dier en omgeving alle drie vertegenwoordigd zijn – niet meer alleen op het bordje van beleidsmakers.

Gezondheid van mensen is onlosmakelijk verbonden met die van dieren, de leefomgeving en ecosystemen. Daar gaat One Health over. Pathogenen (virussen, bacteriën en andere ziekmakende micro-organismen) interesseert het vaak niet zo veel of je op twee benen loopt, Nederlands dan wel Swahili spreekt of ondersteboven in een grot hangt. Regelmatig springen pathogenen van dier naar mens (zoönose) en vice versa en deze species jump kan, zoals we inmiddels allemaal door het coronavirus weten, grote gevolgen hebben.

Zoönosen staan daarom geheel terecht in het middelpunt van de One Health-aandacht. Wereldwijd bespreken experts hoe we met een One Health-aanpak het hoofd kunnen bieden aan de grootste gezondheidsvraagstukken van onze tijd. One Health-experts bestuderen hoe we een volgende pandemie kunnen voorkomen. Hoe we het probleem van antimicrobiële resistentie moeten tackelen. Maar ook hoe we maximaal kunnen profiteren van de gunstige gezondheidseffecten van ‘groen’ – een duurzame leefomgeving is immers een belangrijk aspect in deze aanpak.

Het One Health-vuur wordt dus flink opgestookt, maar wordt er ook echt doorgepakt? Ik stel die vraag, omdat het nu nog vaak (te) spannend wordt als er handen en voeten (of klauwen) aan One Health moeten worden gegeven. Dan gaat men vingerwijzen, graaft zich in en blijft binnen het domein van de humane zorg, de veterinaire zorg, het natuurbeheer. En dan is One Health niet meer dan een lege huls.

Vertrouwen en inzoomen

Vergelijk het met vaccineren: een vaccin in een potje doet helemaal niets, maar zodra het vaccin uit het potje in een mens of dier gespoten wordt, begint de bescherming. Praten over One Health doet nog niks, maar er samen daadwerkelijk aan werken, dat helpt wel! Samenwerking begint met vertrouwen. Vertrouw elkaars goede bedoelingen, bij beleidsontwikkeling, maar vooral bij de aanpak van One Health-issues. Nu is die aanpak in de praktijk nog te vaak ‘domeinspecifiek’.

Silo’s tussen (en binnen) domeinen doorbreek je ook door dieper te kijken. Een mooi voorbeeld zijn de bekende One Health-microbiologen Marion Koopmans en Ab Osterhaus. Beiden opgeleid als dierenarts en in coronatijd leunt iedereen op hun kennis en expertise. Koopmans en Osterhaus maken geen onderscheid tussen veterinair en humaan. Bacteriën, virussen en schimmels maken immers ook vaak geen onderscheid tussen mens, dier of kluitje in het riet.

Maar elders wordt One Health regelmatig ‘misbruikt’ om andere agenda’s te promoten, zoals de wijdverspreide misvatting dat resistentie tegen antibiotica bij mensen uit de veehouderij komt. Terwijl de wetenschap toch heel iets anders zegt. Waarom zullen we One Health niet gebruiken om te integreren in plaats van te segregeren?

Verbeter de wereld, begin bij jezelf

Ook in de private sector zijn we gek op werken in silo’s. Binnen mijn bedrijf (MSD) zagen de humane en veterinaire tak elkaar tot voor kort nauwelijks. Maar ook bij ons is de kentering een feit. Veterinair en humaan werken nu bijvoorbeeld samen in één aanpak tegen antibioticaresistentie. We werken tegenwoordig met een centraal platform voor de ontwikkeling van humane en veterinaire vaccins, delen technologische kennis en bieden relevante, praktijkgerichte nascholingen aan, met huisartsen en dierenartsen in hetzelfde klaslokaal.

One Health staat voor één integrale aanpak van onze gezondheid, en die van onze medebewoners op de planeet. Want dat is het doel: gezonde mensen én gezonde dieren in een gezonde omgeving.

Elzo Kannekens

Director Global Public Policy & Multilateral Affairs, MSD Animal Health